Zijn Woord met wonderen.
Marcus 16:20 "En zij gingen heen en predikten overal, de Here die met hen werkte, en bevestigden het woord met tekenen die volgden. Amen."
De Heer bevestigde de prediking van Zijn Woord met wonderen. Als Jezus en de eerste eeuw christenen het Woord nodig hadden bevestigd met het wonderbaarlijke (Hebreeën 2: 4, NKJV)
4 God getuigt ook beide met tekenen en wonderen, met verschillende wonderen en gaven van de Heilige Geest, volgens Zijn eigen wil?
Dan zouden we hetzelfde ook moeten doen. Er is geen geschrift dat zegt dat deze wondertekenen zijn voorbijgegaan.
Sommige mensen hebben "dat wat volmaakt is" geïnterpreteerd in 1 Korinthiërs 13: 10-12, (NKJV)
10 Maar wanneer het volmaakte is gekomen, dan zal hetgeen voor een deel is, worden weggedaan.
11 Toen ik een kind was, sprak ik als een kind, begreep ik als een kind, dacht ik als een kind; maar toen ik een man werd, heb ik kinderlijke dingen weggedaan.
12 Want nu zien wij in een spiegel vaag, maar dan van aangezicht tot aangezicht. Nu weet ik ten dele, maar dan zal ik het weten zoals ik ook bekend sta. - als zijnde de complete Bijbel. Dit heeft hen ertoe gebracht te geloven dat de gaven van de Geest zijn opgehouden.
Hoewel Gods Woord volmaakt is (Psalm 19: 7), is het niet het "volmaakte ding" waarnaar hier wordt verwezen.
1 Korinthiërs 13: 8 zegt wel dat tongen ophouden, maar het zal niet eerder gebeuren
"wat perfect is, is gekomen."
In 1 Korinthiërs 13:12 zegt Paulus: "Wanneer het volmaakte zal komen, zullen wij het van aangezicht tot aangezicht zien." Dit spreekt over het zien van de Heer van aangezicht tot aangezicht, in plaats van vaag, zoals door een donker glas, zoals het nu is. Sommigen beweren misschien dat dit in symbolische zin spreekt, in plaats van letterlijk van aangezicht tot aangezicht.
Maar de volgende vergelijking in dit vers zegt dat dan: "wanneer het volmaakte zal zijn," zullen we alle dingen weten, zoals we ook bekend zijn. Er is geen andere manier om dit te interpreteren, behalve als een beschrijving van wanneer we voor de Heer zullen staan, na dit leven. Dan zullen we oog in oog staan en alle dingen weten, net zoals we ook bekend zijn.
Vers acht zegt dat op het moment dat profetieën falen en tongen ophouden, kennis zal verdwijnen.
Dit heeft het over het volgende leven, of over de nieuwe hemelen en de aarde, omdat een van de tekenen van de eindtijd is dat kennis zal toenemen (Dan.12: 4).
Dus het "dat wat volmaakt is" waar Paulus over spreekt, kan de Bijbel niet zijn. Het moet ons verheerlijkte lichaam zijn, of Jezus bij Zijn tweede komst.Hoe dan ook, deze verzen stellen vast dat totdat 'dat wat volmaakt is, is gekomen', tongen en profetieën zullen blijven bestaan. Het zijn nog steeds geldige geschenken, en zelfs vandaag is het Gods wil om de prediking van Zijn Woord te begeleiden met wonderen.
AWMI.net
No comments:
Post a Comment